persblog.be – Verhalen uit en over Gent – naar hoofdpagina
In de marge van het verhaal van Tom Waes – Aflevering 9
STAD/ VOLK – 27 februari 2023 – Misschien wel het minst bekend over WO I in Gent, is de oprichting van de ‘Stedelijke Koedienst’ op de huidige Blaarmeersen. Niet alleen werd daar op last van het stadsbestuur melk geproduceerd voor zieke kinderen, er werd ook veevoeder geproduceerd voor de lastdieren.
En wist je dat er Duitse legerpaarden werden gekweekt op het “eiland Zwijnaarde”?
Gent was “prostitutiehoofdstad” tijdens Duitse bezetting
En ken je spionne Edith Cavell? Alvorens gefusilleerd te worden, logeerde ze in een Gentse herberg. En dan is er nog het meer bekende verhaal over de zeppelin die werd neergeschoten boven Sint-Amandsberg, om vervolgens te pletter te slaan op het klooster van ‘Visitatie’. We vervolgen met diverse aspecten van menselijke ellende en ontbering, incluis vluchtelingen, honger en… prostitutie.
Zoals je weet, gaan we het verhaal van Tom Waes niet navertellen. Net zomin we dit deden voor de vorige afleveringen. Parallel met zijn ‘Verhaal van Vlaanderen’ maken we er hier een ‘Verhaal van Gent’ van tijdens dezelfde periode. Niet het héle verhaal, want daar raadpleeg je beter een goed boek voor, maar wél: enkele markante gekénde en minder bekende aspecten.
Stedelijke Koedienst’
De dienst werd opgericht 1915 op initiatief van burgemeester Braun, gesteund door schepen Anseele, om het melkgebrek voor kinderen op te vangen.
Het was een stedelijke boerderij op de Neermeersen (huidige Watersportbaan, Blaarmeersen) en bestond uit “een aantal koestallen, onderdak voor vier paarden, twee gebruikt als trekdier voor melkdistributie en twee voor akkerbewerking, samen met twee ossen. “De aanpalende gronden, de oude lage weiden werden bewerkt en de opbrengst gebruikt als voer voor de dieren, met name voor de koeien van de Koedienst en de paarden.
Naast de hier gelegen twintig percelen, samen ca. 23,5 hectare, waren er nog akkers voor maïs op de Albrechtkaai (Koning Albertkaai, nu Gordunakaai), voor maïs en rapen op Mariakerke, in Oostakker voor gerst, haver, rapen en rogge, en in Drongen weiden voor hooiproductie.”
Enkel kleine kinderen en zieken hadden recht op een dagelijks rantsoen van een halve liter volle melk. ‘Het Werk van de Druppel Melk’ verzorgde de distributie.
Bron: ‘Melk voor de Gentenaars (1882-1919)‘ door Luc Devriese
Paardenkweek voor “den Duits”
‘Landhuis De Torre’ staat aan de Nieuwescheldestraat op het “eiland Zwijnaarde“.
In oorsprong was dit een 17de-eeuws pand met een opmerkelijke duiventoren. Het kasteeltje hing af van de Gentse Sint-Pietersabdij. Later werd de locatie omgevormd tot ‘kasteeltje della Faille‘, met ondermeer een belangrijke toevoeging in 1905. Het was ook een plek waar tijdens WO I Duitse legerpaarden werden gekweekt.
‘Stutenhof‘ heette het daar toen, of stoeterij. Zo schrijft Archief Gent als onderschrift bij een foto waarop de operatie van een paard te zien is: “Het operatiekwartier in ‘De Torre’. Een paard ligt op stro op de vloer en wordt door meerdere mannen op de vloer gehouden. Het paard is beslagen met hoefijzers. Op de muur is “Mit Gott … Vaterland” te lezen en zijn vlaggen van de Centralen (Duitsland, Oostenrijk en het Ottomaanse Rijk) zichtbaar.”
Zoals bekend waren paarden een belangrijk hulpmiddel in de – nog niet zo gemechaniseerde – oorlog. Ze zijn dan ook massaal geslachtofferd. Tussen 1914 en 1918 zijn zo’n zes tot acht miljoen paarden gestorven op en rond het slagveld. Deze info komt uit ‘IsGeschiedenis‘.
Daar tegenover staan (in Europa): meer dan 9 miljoen militairen en naar schatting 8 miljoen burgers.
Engelse spionne in Gent
Tijdens WO I stierf in Brussel een Engels verzetstrijdster onder de kogels van een Duits vuurpeloton. Ze heette Edith Cavell (1865-1915) en was hoofd van een Brusselse verplegerschool. Ze verzamelde militaire inlichtingen door gewonde Duitse soldaten uit te horen. Cavell is één van de symboolfiguren van WO I. “Haar executie maakte over gans de wereld heel wat emotie los tegen de Duitse ‘Hunnen’” zo schreef Arthur De Decker zaliger in ‘Ghendtsche Tydinghen‘.
“In 1906 is ze hoofdverpleegster in Brussel, later leidt ze de verpleegsterschool Berkendael. Bij het uitbreken van de eerste wereldoorlog in 1914 wordt de school omgevormd tot een hospitaal voor het Rode Kruis. Door toedoen van Edith Cavell speelt het ziekenhuis al snel een centrale rol in de ontsnappingsroute voor Engelse, Franse en Belgische soldaten.”
Tegen de gevel van een apotheek op de hoek van de Kortrijksesteenweg en de Baliestraat in de stationsbuurt – hangt een gedenkplaat voor Edith Cavell. En waarom daar? Omdat daar voorheen café ‘Stad Oudenaarde’ gevestigd was, een trefplaats voor verzetsleden waar ze vaak logeerde.
De Decker vertaalde een citaat uit de krant ‘La Flandre Libérale’: “‘De Stad Oudenaarde’, toen open gehouden door M. Steurbaut, was bij de inlichtingendiensten van de geallieerden gekend als zijnde een veilig onderkomen voor de passerende ijverige patriotten belast met een spionage opdracht. Het was ons onmogelijk om van de familie Steurbaut zeer precieze aanwijzingen te bekomen over de personen die aldus bij haar logeerden.”
Terzijde: ook in Gentbrugge hangt haar straatnaambord tegen de gevel van een apotheek. Een verpleegster waardig!
Zeppelin in Sint-Amandsberg
“Het verhaal van de neergestorte zeppelin in Gent. In de nacht van 6 op 7 juni 1915 slaagt de Britse piloot Reginald Warneford er in om een Duitse zeppelin neer te halen. Het brandende luchtschip vat vuur en stort neer op het Visitatieklooster in het centrum van Sint-Amandsberg.”
Lees in dit verband: Spitaalpoortbeluik, Warneford- en Tienmeterstraat
Industrie “op haar gat”
“Door de voortdurende opeisingen van grondstoffen en het ontmantelen van machines valt de industrie in de loop van de oorlog zo goed als volledig stil. In Gent sluiten bedrijven in de metaalnijverheid (eind 1914), vlasfabrieken (eind 1915) en katoenweverijen (1917) noodgedwongen de deuren, met massale werkloosheid als gevolg. In maart 1916 zijn er al meer dan 38.000 werklozen in de stad.” Bron: ‘Gent, bezette stad (1914-1918)‘, STAM
Niet zo voor bv. de draadtrekkerij ‘De Punt’ (Tréfileries Arbed) in Gentbrugge. Daar nam de Duitse bezetter de leiding over en liet ze draaien onder gedwongen arbeid, w.o. krijgsgevangenen.
Ontbering
In 1917 steeg de oversterfte tot 30% om in 1918 zelfs 50% te bereiken. En dan moest de ‘Spaanse Griep’ nog komen.
Grote vluchtelingenstroom
“Tussen eind augustus en midden oktober arriveren er ca. 45.000 vluchtelingen in de stad. Na de stabilisatie van het IJzerfront eind oktober keren de meeste vluchtelingen terug.” Bron: STAM
“Bezette” cafés
“Met ca. 12.000 militairen is het leger zeer zichtbaar aanwezig. Duitse vlaggen wapperen aan gevels, aan muren en bomen hangt Duitse bewegwijzering en cafés krijgen Duitse namen.” Zo ook feestzalen.
Zo wordt bv aan de Kuiperskaai: ‘Wintergarten’ of ‘Militär Lichtspielhaus’. Het gebouw stond eerder bekend als ‘Grand Palais du Valentino’.
Lees in dit verband: Het Coliseum en meer fraais van Geo Henderick
De cafés werden opgedeeld tussen: die waar enkel Duitsers kwamen en die waar Belgen mochten komen.
Executies
Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd door de Duitse bezetters een reeks executies van verzetsleden uitgevoerd in Gent. Op een voormalige schietbaan langs de Offerlaan, bij de Martelaarslaan, werden tijdens oorlog 52 burgers doodgeschoten. Bron
Emile Braun
Burgemeester Emile Braun wordt in maart 1918 gedeporteerd naar een strafkamp. Hij was daar in het triest gezelschap van de Brussels burgemeester Adolphe Max en de geboren Gentenaar Maurice August Lippens (in 1921 gouverneur-generaal van Belgisch Congo en ministerposten), alsook de Waal Henri Pirenne, rector van de universiteit in Gent (1919 tot 1921). Bron
Wat vooraf ging… Burgemeester Emile Braun onderhandelde met de Duitse generaal von Böhn over voorwaarden om Gent niet aan te vallen. “Die vraagt in ruil naast de levering van benzine, mineraal water, fietsen, ontsmettingsmiddelen ook… 100.000 sigaren.” Deze informatie staat in het boek ‘Augustus 1914 – België op de vlucht’ van historici Misjoe Verleyen en Marc De Meyer. Zo leren we in het weekblad ‘Knack‘.
Volgens de overlevering zou Braun het de Duitsers zo lastig gemaakt hebben dat hij uiteindelijk werd gedeporteerd. Zo liet hij bv. veel affiches drukken en verspreiden, hetgeen den Duits niet erg aanstond.
“Het aantal affiches die gedrukt werden op aanvraag van de burgemeester lijkt ook weer te stijgen. Dit duidt echter niet op het feit dat de burgemeester te Gent meer vrijheid kreeg. In tegendeel, de affiches die hier gedrukt werden onder Kennisgeving zijn affiches waartoe vooral de opdracht was gegeven door de burgemeesters van de deelgemeenten. Emile Braun, de burgemeester van Gent, kreeg steeds minder gedaan, omdat zijn macht meer en meer ingeperkt werd. Begin 1918 is het volledig gedaan voor hem. De Duitse overheid zet hem af als burgemeester van Gent en samen met enkele andere invloedrijke Gentenaars wordt hij gedeporteerd naar een Duitse cel nabij Hamburg. Gedurende zijn afwezigheid werden zijn taken overgenomen door schepen Edward Anseele”. Lees op de blog meer over Anseele
Bovenstaand is een citaat uit ‘Tekstaffiches in Gent tijdens de Grote Oorlog (1914-1918)‘ door Iris Braeckman, een Bachelorpaper 2016-2017 aan KU Leuven.
Prostitutie
We willen je deze uitsmijter niet onthouden…
“Gent was toen een relatief goede plek om te leven. De Duitsers gebruikten Gent als een rustplek voor frontsoldaten, ziekenboeg en bevoorradingsplaats.”
Citaat uit een interview met journalist-fotograaf Michiel Hendryckx in ‘Het Nieuwsblad’ eind 2013.
“Er zijn bijna geen bronnen over, maar er was hier massaal prostitutie. Het waren Belgische vrouwen die zich prostitueerden. Dat er na de oorlog niet meer over werd gesproken, is begrijpelijk.”
“Op het einde van de oorlog zaten in het Lousbergsinstituut, dat speciaal was ingericht voor het verzorgen van besmette prostituees, duizend vrouwen. Extrapoleer dat en je komt tot vier- of vijfduizend prostituees. Gent was de bordeelstad bij uitstek.”
Hendryckx haalde zijn mosterd bij een boekje dat hij opnieuw liet uitgeven, geschreven door Duits soldaat in bezet Gent: Heinrich Wandt.
Oorspronkelijk luidde de titel ‘Etappenleven te Gent’ en werd door Wandt uitgebracht in 1921. Later, in de heruitgave in 2013, werd de titel: ‘Het Frontparadijs’.
Meer over WOI op deze blog: Getuigenis van het front: WO I; Soldaat Michel ziet een groene damp overwaaien Gevechten rond Gent: De dagen voor de wapenstilstand bij de Schelde in Eke in 1918
‘Het verhaal van Vlaanderen‘ is een tiendelige serie op Eén en op vrt Max. Elke zondagavond. Bekijk de laatste aflevering op VRT MAX
Lees ook op deze blog:
Vlaamse rebellie temidden van oorlogen! Maar er was méér, toch?
“Groeninge veld! Groeninge veld!” is wapenspreuk van familie Borluut
STAD – Tom Waes vermeldde grafheuvels in Sint-Bernadettewijk
Lees ook op deze blog: