STAD – Napoleonistenloge en ‘Salon Napoleon’ aan de Coupure


header copie - aangepast persblog.be - kopie (2)persblog.be – Verhalen uit en over Gent – naar hoofdpagina

Wat had Napoleon met Gent te maken?

STAD – 08 mei 2021 – Na de ‘Slag bij Waterloo‘ werd Napoleon verbannen naar Sint-Helena – een Brits eiland ver weg in de Atlantische oceaan. Hij stierf er op 5 mei 1821 – maar hij was in Gent zeker niet door iedereen vergeten. Er werd een genootschap of een loge opgericht van Napoleonisten. Die richtte o.m. een praalgraf op op Campo Santo.

‘Salon Napoleon’

Het salon of eetcafé ligt aan de Coupure Links, aan de kant van de Rozemarijnbrug. Volgens de website ‘Inventaris Onroerend Erfgoed‘ zouden  tussen 1845 en 1874 “oud-strijders” van Napoleon samen gekomen zijn in dit café. Het heette ooit ‘Brasserie Napoléon’. Tegenwoordig is dit: ‘Café de Walrus‘.

Coupure Links – Brasserie Napoleon – in de 19de eeuw ‘Salon Napoléon’ – pic inventaris.onroerenderfgoed.be
Thans: Café de Walrus – bij Rozemarijnbrug – pic google street view

Dat de “oud-strijders” en sympathizanten van Napoleon in het café vergaderden, wordt tegengesproken door Wouter Brauns, werkzaam in de Adviescommissie Cultureel Erfgoed, in de website ‘if then is now‘: “Hardnekkige geruchten en sommige naslagwerken willen dat Gentse oud-strijders hier vergaderden. Dat schijnt niet correct te zijn. De Napoleonisten, zoals ze genoemd worden, vergaderden over de jaren in een heleboel cafés, maar niet in het Salon Napoléon.”

‘Société philantropique des frères d’Armes de l’Empire français’

Uit een pdf-document van Ugent – ‘De Gentse Napoleonisten en hun buitenissige uitvaartgebruiken’ – blijkt dat in 1841 het genootschap ‘Société philantropique des frères d’Armes de l’Empire français’ opgericht wordt in Gent. Citaat: “In de Gazette van Gent van 30 juli 1841 lezen we: “Een nieuw genootschap de benaming aengenomen hebbende van Maetschappy der Oude Dienaren van Napoleon heeft zich hier den 25 dezer in de herberg ‘het Blauw Lam’ op den brabanddam ingericht.”

Het genootschap hield manifestaties, al of niet samen met gelijkaardige genootschappen in andere steden, en zorgde ook voor een ceremoniële begrafenis van haar leden.

Napoleonisten lidkaart – pic liberas.eu

Het genootschap telde niet enkel “oud-strijders” onder haar leden. Ze trok sympathizanten aan uit alle lagen van de bevolking en werd maatschappelijk niet enkel getolereerd, maar ook gewaardeerd. Toch blijft er wantrouwen ten aanzien van deze beweging bij de Belgische autoriteiten.
Zo schrijft specialist Cultureel Erfgoed Wouter Brauns in het bovengenoemd artikel: “De autoriteiten vertrouwen het zaakje maar half. Actieve officieren mogen bij wet geen lid worden en na de revolutiegolf van 1848, die in Frankrijk Napoleon’s neef aan de macht brengt, vraagt men de Napoleonisten hun begrafenisceremonies met zo weinig mogelijk vertoon uit te voeren.”

Nieuwjaarskaart uit 1844 voor leden-Napoleonisten – Huis van Alijn – pic erfgoedinzicht.be

Besef dat de Napoleonisten doorheen de hele 19de eeuw nog hun invloed uitoefenden. Hoewel naarmate de jaren vorderden, het ledenaantal flink ging slinken.
Het document van UGent: “(…) In 1870 waren ze nog met hun 27. Voorwaar geen toestand om de oude gebruiken en tradities in ere te houden. Een goed jaar nadat hun laatste secretaris, de begaafde en ijverige schoolmeester Pieter Jonglas (29-12-1871) gestorven was, hielden onze Napoleonisten, 13 in aantal, hun ultieme vergadering in de oude herberg “In den Papegaai” gelegen aan de Kammerstraat. Niet alleen om voor de allerlaatste keer hun oude koeien uit de gracht te komen halen. Of, wat waarschijnlijker is, met bloedend hart hun zo geliefde maatschappij te ontbinden.”

Praalgraf op Campo Santo

Tot op vandaag hebben de Napoleonisten een tastbaar “reliek” achtergelaten. Op de begraafplaats ‘Campo Santo’ richtten ze een praalgraf op voor de keizer. “Het monument is een obelisk met de keizerlijke adelaar erop en een hek errond met op elke hoek een ‘N’ met lauwerkrans.” dixit de hoger vermeldde Wouter Braun. Sinds 1849 staat ze er. In de flanken van de obelisk prijken de namen van de Gentse leden die tot aan het ogenblik van de oprichting van het monument overleden waren.

Campo Santo – Praalgraf voor Napoleon Bonaparte – pic via Werner Bockstaele

Uit het genoemde pdf-document van Ugent – ‘De Gentse Napoleonisten en hun buitenissige uitvaartgebruiken’: “(…) Niets was aan het toeval overgelaten om de plechtigheid met een uitzonderlijke luister te omringen: een optocht voorafgegaan van de kapel van de Burgerwacht alias Garde Civique (…). Salvo’s kanonschoten. (…) Ten slotte het afsteken van verschillende feestredes.”

De leden van de loge staan vermeld op de flanken van het praalgraf

In 1933 werd het monument gerestaureerd met de steun van de toenmalige Franse Consul.

Joseph De Weweirne

In de schaduw van de Napoleonistische obelisk staat er nog nog – een voor dit verhaal – relevant graf, zij het van een bescheidener allure: dat van Joseph De Weweirne, stoffenverver van beroep, wonende in het Huidevetterke. De man was een van de voornaamste stichtingsleden van het genootschap dat Napoleon vereerde. Hij overleed in 1866 en werd zowat naast het praalgraf begraven.
Volgens het genoemde pdf-Ugent: ” Op 20-jarige leeftijd nam hij in het Frans leger dienst als jager van dè Keizerlijke Garde.” Hij heeft tal van veldslagen overal in Europa meegemaakt.

Generaal Charles-Antoine Van Remoortere

Zeer wetenswaardig is ook dat even verwijderd van beide bovengenoemde graven, het graf staat van de “Belgische” generaal Remoortele.
Het Ugent pdf-document meldt hierover dat de opschriften op het graf niet meer kunnen worden ontcijferd, met uitzondering van de plaatsnaam ‘Leipzig’.
Uiteraard verwijst de naam naar de ‘Slag bij Leipzig‘, waar het leger van Napoleon in het zand beet in haar strijd tegen geallieerde strijdmachten.

Graf van generaal Remoortele op Campo Santo

De generaal heeft een uiterst merkwaardige carrière gekend. Hij diende achtereenvolgens in de legers van Napoleon, Willem I en dat van België.
“Reeds op 10 maart 1806 verwierf hij de graad van brigadier. (…) op 15 juli 1807 werd hij tot onderluitenant gestemd. Een keizerlijk decreet van 21 juli 1807 maakt er een luitenant van; een ander decreet (…) een kapitein. (…)”
Eind 1814 werd hij eervol ontslagen uit het Franse leger van keizer Napoleon – die nog op Elba zat – om twee maanden later in dienst te gaan bij de Nederlandse koning Willem, waar hij tien jaar later majoor werd.
In 1830 liep hij over naar het [Belgische] ‘Voorlopig Bewind’. Daar werd hij eerst kolonel-commandant en uiteindelijk generaal-majoor. Faut le faire 😉

Nog een Belg in het leger van Napoleon – generaal Ignace-Joseph Clump – deed de eerste steenlegging voor het monument van Napoleon. Het is ons niet bekend waar hij begraven ligt. Ook hij maakte de Slag bij Leipzig mee, ook hij klom nadien op in het leger van Willem I… Tegelijk werd hij een gewaardeerd loge-broeder.

Noteer dat bij de creatie van België, in Gent ook orangistische loges zijn ontstaan die de Nederlandse koning aanhankelijk bleven
Naast ideologen, fanatiekelingen en fantaisisten trokken die loges ook commerçanten aan met nostalgie naar de grote afzetmarkten voor hun produkten, die ze waren kwijt gespeeld. Na verloop van tijd maakte het niet meer  veel uit of je lid was van een loge die Willem I of Napoleon vereerde. Wel het anti-belgicisme was belangrijk. En dit bleef in Gent lang smeulen.

Lees ook op deze blog: Praalmonumenten voor Napoleon

Ons verhaal over Napoleon (bij uitbreiding de Franse Tijd) en Gent bestaat uit:

0 Inleiding en situering

1 Tijdelijke en permanente praalmonumenten

2 Lieven Bauwens, compaan van Napoleon

3 Inbeslagname goederen van geestelijken en begijnen

4 Napoleon en de gedeeltelijke afbraak van de Sint-Pietersabdij

5 Spookhuis naast ‘Hôtel de la Préfecture’ aan de Nederschelde

6 Louis XVIII vlucht voor Napoleon – naar Gent

7 Napoleon en de Kozakken in Gentbrugge

8 Napoleonistenloge en ‘Salon Napoleon’ aan de Coupure

9 Varia

Terug naar hoofdpagina

Naar Facebook

Lees ook op deze blog:

STAD – ARTIKELOVERZICHT 2019-2020-2021