persblog.be – Verhalen uit en over Gent – naar hoofdpagina
Studentenuitgaansbuurten verschoven zuidwaarts
STAD/ VOLK – 06 januari 2023 – Het studentikoze uitgangsleven speelde zich af in verscheidene Gentse buurten. Deze verschilden naar gelang de tijdsperiode.
In de 19de eeuw concentreerde het studentleven – ook den uitgang – zich rondom de Volderstraat waar de Aula gelegen is.
Vanaf de laat 19de eeuw kreeg je een uitgaanscentrum rond de Plateaustraat en de Rozier, gezien daar het toenmalige ‘Instituut voor de Wetenschappen’ neerstreek.
In het tweede en derde decennium van de 20ste eeuw verrezen er studenthuizen in de Sint-Jansvest (1924) en in de Sint-Pietersnieuwstraat (1934). In 1960 opende den Blandijn, wat het studentenleven in de buurt deed aanzwellen.
Hierna overlopen we de uitgaansbuurten in omgekeerde chronologie
UITGAAN VANAF DE JAREN ’70
Naarmate de jaren opschoven, schoof ook de uitgangsbuurt mee. Vanaf de jaren ’70 komt de Overpoortstraat in the picture.
De nieuwe UGent-sites aan de Ledeganckstraat en de Sterre zorgen ervoor dat de ‘Overpoort’, vanuit het studentenperspectief – ten aanzien van “den Blandijn” en “de Plateau” – een meer centrale positie krijgt.
Daar waar tot in de jaren ’80 er vooral cafés gevestigd waren, komen er later snackbars en danszalen bij. Denk maar aan de legendarische ‘Decadance‘.
“En”, schrijft Ruben Mantels – wetenschappelijk medewerker UGent – in zijn artikel ‘Uitgaansbuurten’ in de site ‘UGentMemorie‘: “opmerkelijk dat in tegenstelling tot de cafés in het stadscentrum en op de Kuiperskaai, de cafés van de Overpoort zich quasi uitsluitend richten op een studentenpubliek.”
En tot slot: “De ontwikkeling van de nieuwe studentenbuurt valt samen met de verloedering van de Kuiperskaai.” In de 1990s werd de hele buurt plat gegooid en verrees het ‘Gent Shopping Zuid‘ in het Urbiscomplex, wat de buurt ’s avonds dood maakte.
In de tweede helft van de 20ste eeuw veerde het leven rond de Blandijnberg op, zodra het nieuwe UGent-gebouw voor ‘Letteren en Wijsbegeerte’ in gebruik wordt genomen: in 1960.
Ruben Mantels getuigt in zijn artikel dat “de hellende flanken van de Blandijn worden ingepalmd door talloze studentencafés” en dat daar “rond de klok” ideologische discussies plaats vonden, zoals we die kennen van de jaren ’60… vandaag samen te vatten als “overloos gezwets”. Deze laatste is geen quote van de genoemde auteur maar van de Blogman.
De studenten waren “demokraties” geworden en ze gedroegen zich vestimentair niet elitair meer. Het was ooit anders geweest (zie verder)
Echter, tot de neergang van “de Kuiperskaai”, tot eind de jaren ’80, trokken “Overpoortstudenten” ook nog naar ginds….
UITGAAN VANAF DE JAREN ’60
Er viel toen niets te dansen rond “den Blandijn”. Daarom verkasten de studenten s’avonds naar “de Zuid” en naar de Kuiperskaai. De uitgaansbuurt aldaar bleef bestaan tot aan de jaren ’90.
Pas op. We spreken hier nog niet over de ’55’ en den ‘Elpee’ en dergelijke. In die tijd, de jaren ’60, had je de bals in de ‘Valentino‘ op de Kuiperskaai. Je weet wel: in het markante ‘Coliseum‘ dat afgebroken werd ten voordele van het Urbiscomplex.
QUOTE VAN PATRICK
“Ik ben een ruime vijftiger, en herinner me al de dancings op de Kuiperskaai, waar John Massis als portier voor de ‘Kings‘ fungeerde. Johan Stolz tokkelde op zijn piano in de ‘Weinstube‘ aan het einde van de Kuiperskaai. ‘Don Carlos‘ was niet alleen een uitbater van een café, doch ook een gekende culturist (nu: body builder). We gingen naar het ‘Coliseum‘ op zondag namiddag, waar we rolschaatsen huurden (…) De zaterdagavond was er catch met Ben, Semoul en andere bekende. Als klein ventje herinner ik me dat mijn ouders me meenamen naar ‘Chalet Du Sud‘(…).
Uit ‘Gentblogt’ van 18 januari 2010
Ruben Mantels: “In de ‘Don Carlos‘ treden ‘Little Jimmy and the Sharks’ op en leren de studenten via de jukebox de moderne popmuziek kennen. ‘De Zolder‘ is een echte dancing die populair is vanwege het goedkope pilsbier: de studenten komen er naar het happy hour en dansen er op de beat in een scheepsinterieur vol kitsch.”
QUOTE VAN TSJOK
“Hello jongens, is daar nu echt niemand die de Kuiperskaai kent van in de jaren ’60, met de groezelige ‘Don Carlos‘ (voor het crapuul), het ‘Old Wheel‘ (voor de blageurs) en dan de ‘Wijnkelder‘ waar de deftige juffers met ma en pa zaten? Dan had je nog de ‘De Kelder‘ en ‘De Zolder‘ en op het hoekske de frituur waar je pilipili op je friet kreeg, iets wat tot dan toe nieuw was. En de supersnobs, die gingen dan naar de ‘Chalet du Sud‘, in het Zuidpark. En dan het ‘Sudje‘ naast de ‘Capitole’ voor de nachtbrakers (…).”
Uit: ‘Gentblogt’ van 5 april 2005
UITGAAN HONDERD JAAR GELEDEN
In de vroeg 20ste eeuw werden, samen met enkele studentenhomes, nieuwe “studentenstraten” ingewijd, bv. aan: de Sint-Pietersnieuwstraat, Korte Dagsteeg, Kouter, Nederkouter…
Ook hier weet Ruben Mantels enkele leuke adresjes uit de tijd van toen. De namen van de etablissementen klinken wreed braaf. Dat zullen ze dan allicht ook geweest zijn: de tearoom ‘La Veneziana Bortolo‘, de ‘Vooruit‘, de ‘Van Dijck‘, het ‘Zwitsersch Hof‘… “Ook rond de nieuwe campussen aan de Coupure en de Blandijnberg rijzen de studentencafés uit de grond: die van “het Boerenkot” [bio-ingenieurs] trekken naar ‘Café Koepuur‘, de opvolger van het vroegere ‘Café Jules‘, terwijl de veeartsen ‘Den Teugel‘ tot stamcafé uitroepen.”
Vestimentair staken de studenten schril af ten aanzien van de niet-studerende jongeren. Ze waren getooid met studentenpetten, kostuums, linten, etc.
UITGAAN IN DE STOKOUDE TIJD: ROND VOLDERSTRAAT
De uitgangsmogelijkheden voor studenten in 19de en de vroeg 20ste eeuw brachten we eerder in kaart in ons artikel ‘Heerkens van goed leven‘.
Ruben Mantels stipt er eveneens aantal aan in zijn artikel ‘Uitgaansbuurten’ in de site ‘UGentMemorie‘.
“In de Hollandse Tijd is het estaminet ‘La Forme‘ in de Bennesteeg geliefd bij de studenten, al is het niet duidelijk of ze er komen voor het bier of de knappe dochters van de baas. In de vlak aan de Aula gelegen Paddenhoek kunnen de katholieke studenten na de colleges terecht in de ‘Saint-Luc‘ en gaan hun liberale confraters naar de ‘Kleine Koornbloem‘ of naar hun verenigingslokaal, dat een tijdlang wat verderop in de Bennesteeg gevestigd is. In die oplopende steegjes richting Sint-Baafs bevindt zich ook de legendarische ‘De Pluim‘ (…). Liefhebbers van de traditionele Duitse studentenromantiek kunnen dan weer terecht in het ‘Deutsches Bierhaus‘, dat adverteerde met concerten en variétéoptredens, of in de ‘Tyrol‘, die helemaal was ingericht als een bauernstube.”
P.S.: de uitgangsbuurt van Klein Turkije is niet in dit overzicht opgenomen, omdat die buurt niet een uitgespoken (universiteits-)studentenpubliek had/ heeft. Je vindt in deze link echter een bijdrage over die straat.
Lees ook op deze blog:
Lees ook op deze blog:
