persblog.be – Verhalen uit en over Gent – naar hoofdpagina
Komiek ‘Don Julio Sysso’ werd burgemeester van ’t Zieklien
VOLK – 03 april 2022 – Don Julio Sysso moeten we situeren aan het eind van de 19de eeuw. In 1879 werd die man – zijn echte naam is Jules Seys – door het volk tot “burgemeester” verkozen, als gevolg van een ludieke actie in de wijk. De man was een entertainer, een komiek, een moppentapper…
In het weekend van 16-17 december 1967 bracht Dagblad Vooruit een paginabreed artikel over hem. Met dank aan Werner Bockstaele om het ons te bezorgen.
We hebben nooit eerder gehoord over Don Julio Sysso. ‘Zieklien‘ is ons wel bekend als middeleeuws ballingsoord, buiten de stadspoorten, voor melaatsen. De straatnaam bestaat nog steeds, bij de Maaltebruggestraat, achter het Sint-Pietersstation. ‘Zieklien’ verwijst naar “zieke lieden” of aan de “ziekte lijden”.
In het vroege voorjaar van 1879 werd Julio door het volk tot “burgemeester” van ’t Zieklien verkozen. Een paar maanden later, tegen de zomer, volgde een “inhuldigingsfeest”.
We lezen in de vermelde editie van het dagblad Vooruit:
“Zooals voordien door plakbrieven aangekondigd, werd de stoet op de Koornmarkt gevormd. Een paar muziekmaatschappijen, hadden aan de oproep beantwoord. Het rijtuig waarin de burgemeester zich bevond was een landau, door vier paarden getrokken, met pikeurs van voren en knechten met roode kazakken en witte pruiken van achter op het rijtuig.
De burgemeeser was in officeel kostuum en zijne twee schepenen met zwart habiet en witte kravaat. En allen hielden zich zoo ernstig, dat degenen die de farce niet kenden, het voor ernstig zouden gehouden hebben…”
De plechtigheid werd door duizend Gentenaars bijgewoond, zo schreef de gazet. Op de hoek van de Kortrijksepoort en de Citadellaan* werd een triomfboog opgesteld. Jules alias Julio hield er sessies in café De Karper.
De “burgemeester” maakte voor de gelegenheid een editie van de ‘Moniteur van ’t Zieklien‘, waarin de ene grap de andere opvolgde. Daarin verwees hij naar Gent als een randgemeente. Het bleef bij deze ene editie.
Jules Seys was fysiek een beetje misvormd: met te lange benen in verhouding tot zijn romp, het een been korter dan het ander, en een hoge schouder.
Meer over zijn persoon vinden we in een citaat in de vermelde editie van het dagblad Vooruit: “Hij és geboren in ’t jaar van de petater-plage. Zijn moeder was een brave vrêwe, die heure kromme gere zag. Hij was altijd content, als hij maar een louze in zijn hoofd zitten had; toujours content, jamais malade. (…) Hij is tapissier-decorateur geworden.”
Jules Seys woonde o.a. in de Huidevettershoek (aan de Krook) en in de Citadellaan. *Noteer dat de Citadellaan voorheen liep van de Sint-Lievenspoort tot aan het eind van de huidige Charles de Kerchovelaan. De laatst genoemde laan werd in 1875 aangelegd.
Ook werd de Nederkouter genoemd. Zo lezen we in de blog ‘Gandavum2‘: “Zo had Seys in 1867 in het koffiehuis Het Vosken op de Nederkouter de Maatschappij voor Vriendschap en Leute Rarekiek & C° gesticht, waarvan de leuze was ‘Lachen en laten babbelen‘. Onder zijn voorzitterschap, richtten de ‘Rarekiek’s’ de koddigste feesten in die men maar uitdenken kan: komieke zang- en tooneelavonden, tentoonstellingen van rariteiten en van karikaturen, karnavalstoeten, enz..”
Lees verder onder de foto van de gazet
Alle eerder geciteerde bronnen verwijzen uiteindelijk naar het oerwerk van Emiel Andelhof: ‘Galerij van Gentsche Typen‘. Andelhof was Volksdichter en folklorist. Hij leefde tot 1942.
De ‘Galerij van Gentsche typen’ bevatte 32 kleurrijke straatberoemdheden uit het 19de-eeuwse Gent worden hierin voorgesteld zoals ‘Fliepe de Skamoteur’, ‘Zot Sofietje’, ‘Siesken de Gistmarchand‘, ‘Bertje de Mestraper’, Karelke Waeri, ‘Moustache Ramon’, enz. Aldus Literair Gent.
Noteer dat de Kortrijksepoort tot 1814 de Peterceliepoort werd genoemd.
Noteer dat er in Gent ook een verbanningsoord voor pestlijders was: de Vijfwindgatenstraat, ter hoogte van het huidige Hollainhof. Alzo beschreef Alfons Van Werveke, conservator van de oudheidkundige musea van de stad Gent, eind 19de begin 20ste eeuw in ‘Gedenkbladen uit het leven onzer voorouders‘.
Een andere Gentse plek voor melaatsen, naast dit van ’t Zieklien, was het ‘Rijke Gasthuis’ tussen de Torrepoort en de Brugsepoort, zo lezen we in Ghendtsche Tydinghen.
Jules Seys was een tijdgenoot van volkszanger Karel Waeri.
Lees ook op deze blog:
De kleurrijke Don Camillo van Gent
Lees ook op deze blog: