persblog.be – Verhalen uit en over Gent – naar hoofdpagina
STRATEN/ STAD – 24 april 2020 – Als Abrahamstraat “Rue de la Vieillesse” wordt… is het kwaad kersen eten met lieden die dergelijke onzin uitvinden. De Franse Tijd bracht irrelevante straatnamen. Letterlijke of absurde vertalingen van Vlaamse straatnamen wisselden af met vertalingen die gewoon nergens op gebaseerd waren. Ook waren er de nationalistisch getinte Franse straatnamen. Door Claude Faseur
Parallel met de Tweebruggenstraat ligt de Sint-Annastraat. Die komt uit op het Graaf van Vlaanderenplein, aan de zijkant van het klassieke gebouw, dat het paleis van de troonopvolger van Leopold II had moeten worden.
Tweehonderd jaar geleden besliste het stadsbestuur, onder Napoleontisch regime, dat de straatnamen beter verfranst konden worden en dat ze de straatnamen bij voorkeur niet naar katholieke thema’s zouden verwijzen. In de nasleep van de Franse Revolutie, met haar antiklerikale inslag kon dit niet. De benaming Sint-Annastraat werd dan ineens “Vruchtbaarheidsstraat”, tenminste als je de officiële Franse benaming zou vertalen: “Rue de la Fécondité”.
De originele straatnaam was dus helemaal verdwenen en vervangen door een totaal nieuwe, zonder enige relevantie, noch connectie met de voorgaande benaming. Dit was aan het begin van de 19e eeuw.
“Rue du Jambon”/ Ham
Even absurd waren enkele vertalingen van Vlaamse straatnamen. Daarbij ging het stadsbestuur – dat in de regel geheel onkundig was op het vlak van etymologieën – erg simplistisch te werk. Het meest sprekende voorbeeld is de “Rue du Jambon” die ter vervanging kwam van “Ham”. Mocht “ham” “hesp” zijn dan was er geen vuiltje aan de lucht. Niemand stond er blijkbaar bij stil dat het woord uit het oud-Nederlands kwam en een geheel andere, en relevante betekenis had. De plaats die met “Ham” was aangeduid, was immers een hoger gelegen stuk aangeslibde grond in de bocht van de rivier.
Idem dito voor Ramen dat “Rue du Bélier” werd. En voor Kammerstraat – dat verwijst naar onderdeel voor de wolverwerking – dat “Rue des Peignes” werd.
En Verlorenkost? Eerder werd deze plaatsaanduiding eerder verkeerd vertaald naar “Verloren brood”. Logischer wijze werd het in het Frans dan maar “Rue du Pain perdu”. Daar had het echter niets mee te maken. Historisch verwijst “verloren kost” naar de zandplaten in de Leie, die er eilandjes in vormen.
“Rue des Baguettes”/ Bagattenstraat
Een andere absurde vertaling was een erg platte, in de zin van gemakzuchtige, want men baseert zich enkel op een klankgelijkenis. Vervang “Bagatten” door “Baguettes” – Frans stokbrood dus. Echter is dit opnieuw een oud woord dat een verbastering is van “par” en “gatte”, het zij: “hekken bij omheind land” en “toegangsweg”.
Idem dito voor Drabstraat en Rue aux Draps. Het Franse woord betekent “lakens”, terwijl het Vlaamse naar modder verwijst.
De straatnaamgevers in het Gentse stadsbestuur moeten allicht nu en dan zwaar getafeld hebben alvorens ze tot vertalingen kwamen die geheel nergens meer op sloegen. Sint-Lievensstraat werd Rue des Hommes Libres, Abrahamstraat werd Rue de la Vieillesse, Predikherenlei werd Quai de Cicéron…
“Place de la Liberté/ Vrijdagmarkt
Dan waren er nog de nationalistisch Franse straatnamen die de originele straatnaam compleet wegdrukten, negeerden… Er bleef zelfs geen poging tot vertaling of een klankgelijkenis van over. Zo werd de Kouter “Place d’ Armes”, de Vrijdagmarkt werd “Place de la Liberté”, het Prinsenhof werd “Cour de la République”.
In 1796 verscheen een “Nomenclature des rues, places publiques, ponts, etc.” Men schilderde de namen op een blik, dat werd vastgemaakt op de hoek van de straten.
Met Napoleon verdwenen ook de meest bizarre plaatsbenamingen – die geen kat in Gent hanteerde – maar bleven ten behoeve van de Franstalige bourgeoisie, tweetalige straatbenamingen overeind. Incluis sommige absurde vertalingen.
Tweetalige straatnaamborden
In 1880 waren de straatnaamborden zeer klein en bevatten dunne witte letters op een bruine achtergrond. Ze werden vervangen door grotere borden met grote witte goed leesbare letters op een blauwe achtergrond. Maar … op die nieuwe borden stond de Franse benaming bovenaan.
In 1919 kwam er protest van Het Volksbelang, dat er op wees, dat een vertaling niet de voorrang mocht hebben op de echte Vlaamse naam. Er werd met dit protest rekening gehouden.
Na de taalwetten van 1932, die het principe huldigde van ‘streektaal-voertaal’, keurde op 8 augustus 1938 het principe van eentaligheid van de straatnamen goed. Hiermee verdwenen de Franse benamingen.
Rue du Paradis. Niet toevallig heette de Donkersteeg in het Frans Rue du Paradis en niet toevallig dwarst – nog steeds – een steeg die straat met de naam Paradijszak. Het huis op de hoek van het Goudenleeuwplein en de Donkersteeg was al in de 16e eeuw ‘Het Paradijsken’, een bier- en wijnkelder van het Veerlekapittel. ‘Het Paradijsken’ werd in 1755 overbouwd door ‘De Valk’.
Lees ook op deze blog:
Ruim 40j geleden: grote kuis in straatnamen
‘Nekkers’ in Gentse straatnamen
Achter de stadsbibliotheek bij De Krook
Lees ook op deze blog: