persblog.be – Verhalen uit en over Gent – naar hoofdpagina
STAD/ Gent-rand – 12 november 2019 – Op het grondgebied Wondelgem lag het Merovingische ‘Marka’. Centraal was daar de Vroonstalledries. Voorheen was het een gallo-romeinse nederzetting.
De Sint-Catharinakerk was al vroeg aanwezig in het landschap, zij het eerst op een andere plek.
‘Marka’
De gemeentenaam ‘Wondelgem’ stamt van ‘Gundinglehem’, een Germaans toponiem opklimmend tot de Merovingische periode (6e-7e eeuw) en voor het eerst vermeld in een charter van 966 tot 967. Dit leert ons onze bron: Inventaris Onroerend Erfgoed. Die site vervolgt met de verduidelijking dat het voormalige Wondelgem bij een Merovingisch kroondomein hoorde:’Marka’. Soms ook gespeld als ‘Marca’.
In Wondelgem omvatte het: de koninklijke hoeve ‘Vroonstalle’, het huidige Wondelgem en het oude Wondelgem, in het bijzonder: de buurt rond het huidige Edmond Van Beverenplein. Beide delen werden gescheiden door de Rietgracht.
Het centrum van Wondelgem lag oorspronkelijk veel dichter bij Gent, waardoor de naam nog voortleeft in de Morekstraat, die uitmondt bij het Edmond Van Beverenplein.
In zijn totaliteit omvatte ‘Marka’ het huidige Wondelgem, Ekkergem, Evergem en Sleidinge. Dit kroondomein van de Merovingen was een ‘heerlijkheid’ ontstaan in de 7e eeuw. Vroonstalle was daar een belangrijke nederzetting.
Het domein maakte deel uit van het graafschap Evergem en was bezit van de Sint-Baafsabdij. De eerste bidplaats ontstond er in de 12e eeuw op de plek waar nu de watertoren van Wondelgem staat. In 1200 was de kerk een zelfstandige parochiekerk, gewijd aan de Heilige Catharina. De kerk werd gesloopt in 1579. In de jaren 1680 werd zij verplaatst naar de Vroonstalledries.
Voorheen: gallo-romeinse nederzetting
Vrij recent ontdekten vorsers dat ‘Marka’ ouder is dan de Merovingische periode. Een vijftiental jaar geleden werd een gallo-romeinse nederzetting opgegraven in de Puymeersen, thans deel van het Kluizendok, in de gemeente Evergem. In 2005 startte archeologisch onderzoek naar aanleiding van de uitbreiding van de haven van Gent. De archeologen stuitten op twee inheemse romeinse nederzettingen uit de 2e eeuw n.C. Eén nederzetting werd volledig blootgelegd.
Het gaat om een met greppels en grachten omringde boerderij bestaande uit houten gebouwen, houten opslagplaatsjes en waterputten. De mensen die hier woonden maakten deel uit van de lokale gallische plattelandsbevolking die geleidelijk geromaniseerd werd. Dit leerden we uit ‘Erfgoed Leeft‘, een archeologische site over het Meetjesland.
Sint-Catharinakerk in Wondelgem
“De Vroonstalledries staat dus bekend om de Sint-Catharinakerk, een kerkgebouw uit de 17e eeuw en een daarbij horende begraafplaats. Het zou een verzamelplaats voor herders en hun schapen geweest zijn, maar dat is al heel lang geleden.” Dit is de inleiding van het artikel ‘Herfststilte aan het Vroonstalledries te Wondelgem…’ op de blog ‘La vie amoureuse de Catherine B. – Dagboek van een levendige vrouw‘.
Lees verder onder de video
We vervolgen hier met een bloemlezing uit bovengenoemde blog over de Sint-Catharinakerk, met permissie van de auteur: Catherine Boone. We geven al mee dat de ruïne van het vroegere kroonhof of vroonhof ‘Vroonstalle’ onder het calvinistisch bewind ( 1577– 1584) openbaar verkocht werd en nadien werd afgebroken. Baksteen en zandsteen werden gebruikt als bouwmaterialen voor de nieuwe kerk.
“De kerk werd gebouwd tussen 1683 en 1687. (…) Deze kerk verving een andere, 12e eeuwse Catharinakerk, gelegen bij de Maïsstraat. Dat gebouw werd zwaar beschadigd tijdens godsdienstperikelen in april 1569. De ruïne werd onder calvinistisch bewind (1577-1587) openbaar verkocht en nadien afgebroken.”
Oorlogsslachtoffers WOI en WOII
Auteur Catherine Boone heeft oog voor elk detail. Ook de omgeving: de natuurpracht van de Dries, de kerk en de kleine monumenten in de omgeving… Ze beschrijft die in de regel erg poëtisch… “Beuken, eiken, platanen, linden en wilde kastanjes staan hier verspreid. We maken zelf kennis met een Amerikaanse eik die in 1920 werd aangeplant als vredesboom en een paardenkastanje als eeuwfeestboom uit 1930. Een monument ter herinnering aan de oorlogsslachtoffers van de beide wereldoorlogen werd op 10 oktober 1920 plechtig onthuld.
Aldus vermeldt deze stenen afgeknotte piramide de namen van de gesneuvelde soldaten, de personen gestorven in ballingschap en de burgerlijke slachtoffers van deze beide wereldoorlogen. (…) In 1901 heeft Léon-Georges Buysse een verstild wintertafereel geschilderd. Naturalistisch met een zekere impressionistische inslag. Rust en sereniteit. Deze unieke locatie heeft bij mij deze indruk ook nagelaten.”
We voegen hier graag aan toe dat kunstschilder Léon-Georges Buysse de zoon was van de co-oprichter Augustin Buysse van de textielfabriek Buysse-Baertsoen aan de Nijverheidsstraat, het latere Malmar. Hij was ook de neef van schrijver Cyriel Buysse en schoonbroer van kunstschilder Albert Baertsoen.
Grafzerken van adellijke families
Catherine Boone: “Vooraleer ik verder zal schrijven met de woorden, lopen wij nog even op het kerkhof. Beetje mijmerend en zowaar hier en daar naar de graven kijken. (…) Adellijke families uit de 19e en 20e eeuw liggen hier begraven: de Ghellinck de Walle met het familiewapen in reliëf, de kernachtige uitspraak ‘Labeur sans relâche‘ bij de Hemptinne, de Kerchove de Denterghem, het opmerkelijke kruis van Mesdach de ter Kiele en de ongeziene sarcofaag voor de ouders van de schrijver [en in 1911 Nobelprijswinnaar Literatuur] Maurice Maeterlinck zijn slechts enkele van de vele namen die hier hun laatste rustplaats hebben gevonden.”
Meer over de Sint-Catharinakerk
Catherine Boone: “De Sint-Catharinakerk is (…) gewijd aan de heilige Catharina van Alexandrië. De barokke bouwstijl heeft de ogen vast en zeker opengetrokken. Naast het imposante geheel vestig ik mijn aandacht ook op de gebrandschilderde ramen uit het begin van de 20e eeuw,
het houtsnijwerk van de poort, de buitenhuisdecoraties, Sint-Catharina en de Heilige Marculphus niet te vergeten. (…) De oudste vermelding van de dorpskerk dateert uit 1185, het jaar waarin paus Urbanus III de dienstdoende priester van Wondelgem beval om zijn parochie zich te laten onderwerpen aan de machtige Sint Baafsabdij van Gent.”
“Op 7 augustus 1707 werd de kerk door de Gentse bisschop Philips Erard van der Noot ingewijd die voor altijd vereeuwigd is met de spreuk ‘Respice Finem‘ en zijn wapen aan de geveltop. Iets verderop het Vroonstalledries is er een straat naar hem vernoemd. Uitbreidingen en vernieuwingen kwamen de volgende jaren langs. (…) Op 16 oktober 1820 sloeg het noodlot toe: blikseminslag richtte schade aan de toren en het interieur. In 1852 werd de buitengevel in zijn oorspronkelijke toestand hersteld. In de 20ste eeuw breidde (…) de kerk verder uit. In 1903 werd het schip verlengd. Daarvoor werd de voorgevel afgebroken en gereconstrueerd met het gerecupereerde bouwmateriaal. Ook twee zijkapellen en een nieuwe sacristie werden toegevoegd.”
Delen van dit artikel verschenen eerder in de blog ‘La vie amoureuse de Catherine B. – Dagboek van een levendige vrouw‘.
persblog.be publiceert dit verhaal op de stadsblog met toestemming van de auteur: Catherine Boone.
Dit verhaal over Wondelgem maakt deel uit van een reeks over rand- en fusiegemeenten. Lees meer op deze blog:
Kastelen en villa’s in Mariakerke
Ledeberg: Een valse heilige in Ledebergkerk
Sint-Amandsberg: Spitaalpoortbeluik, Warneford- en Tienmeterstraat
Sint-Amandsberg: Turkse koppelbaas, belle époque en schutterstoren
Een ludieke én een historische uitstap naar Evergem
Drongen, met haar Norbertijnenabdij en haar kapel van Petit
Lees ook op deze blog: