Woonproject Alsberghe-Van Oost liet vier decennia op zich wachten


header copie - aangepast persblog.be - kopie (2)persblog.be – Verhalen uit en over Gent – naar hoofdpagina

STAD/ ENTREPRENEUR03 juni 2021Θ Textielveredeling, zeg maar blekerij, is wat zich gedurende net geen eeuw – van 1879 tot 1978 – afspeelde bij Alsberghe-Van Oost aan de Drongensesteenweg. Θ Tot 2010 was er weinig bouwaktiviteit op de verlaten site. Het geplande woon- en werkproject liet vier decennia op zich wachten. Het werd een heus hindernissenparcours, van 1978 tot jongstleden.

Naast de wijk Malem is er een “eiland” in de vorm van een taartstuk tussen Drongensesteenweg en Noorderlaan (Watersportbaan).
Aan het breedste eind ligt de voormalige fabriek Alsberge – Van Oost, en aan de punt ligt het recreatiedomein – lees: volkstuintjes – bij de Halfweg aan de R4.
Het taartstuk omvat ook het nieuwe dierenasiel en het Halfwegpark, dat in mei 2019 werd opengesteld.
wonen in een OUDE INDUSTRIELE OMGEVING
Ketelhuis
Machinekamer

Van de blekerij – officieel: textielveredelingsbedrijf – is nog overgebleven: het ketelhuis (drie stoomketels van Nouvelles Usines Bollinckx in Jumet, en twee van Mahy in Wondelgem), de machinekamer (met een stoommachine uit 1913 van Werkhuizen Van den Kerchove) en de gerenoveerde en bewoonbaar gemaakte industriële halle. Het industriële patrimonium wordt beschreven in Inventaris Onroerend Erfgoed

Sociale huisvesting in het oude gerenoveerde fabrieksdeel
Er is heel veel nieuwbouw

Rond de industriële overblijfselen is fink veel nieuwbouw gekomen. In totaal zijn er meer dan 300 appartementen, meer dan 50 meergezinswoningen, kantoren… Ook de sociale huisvestingsmaatschappijen hebben er een aanbod.

De woonzone sluit via een wandelpad aan bij het Halfwegpark, ingericht door VLM. Verder in de richting van de R4 kom je bij de volkstuintjes.

Halfwegpark – Jenny Montignypad

August Van Oost en Joseph Alsberghe richtten in 1879 de fabriek op. In 1920 werd de fabriek uitgebreid en veranderde de naam in ‘Les Anciens établissements Alsberghe-Van Oost’. De aktiviteiten werden stopgezet in 1978. Daarna volgden decennia van verval.

Drongensesteenweg – textielfabriek Van Alsberghe-Van Oost (uiterst links) – De weg naar Drongen zag er toen nog heel anders uit.

HET BOUWPROJECT: ALLE PLAGEN VAN EGYPTE

Als het aan de laatste uitbater van de fabriek gelegen was geweest, zou de site al met de grond zijn gelijk gemaakt eind de jaren 1980. Naar verluidt zou het stadsbestuur een oogje dicht geknepen hebben. Ze liet ogenschijnlijk begaan. De VVIA (Vlaamse Vereniging voor Industriële Archeologie vzw) e.a. legden echter klacht neer.
‘Slopers veroordeeld voor het vernielen van delen van beschermd erfgoed in het stoommachinehuis Alsberghe-Van Oost’. Zo kopte de nieuwsbrief van het VVIA in 1991.

De Franse eigenaar van de site, ‘Sobelta’, was namelijk in 1986 slopingswerken begonnen, waarbij ook de machines aan schroothandelaars werden verkocht. Er was geen vergunning voor de sloping en de aktie was ook een inbreuk op het decreet voor het behoud van monumenten. Uit: jaargang: 1991, nummer: 20, Uitgever: Vlaamse Vereniging voor Industriële Archeologie vzw

“In 1990 kocht Pierre Perelmutter, een Brusselse zakenman met Braziliaanse roots, het bedrijf. Een plan werd gemaakt voor een nieuwe woonwijk, kantoren, winkels, een crèche, een ondergrondse parking en veel groen op het 22 hectare grote terrein.”

In de loop der jaren van verkrotting werden de fabriekspanden een oord van sluikstorters, krakers en graffitikunstenaars. Op de site van  ‘hullabaloo’ zie je hoe hallucinant de site er bij lag.

Pas in 2004 wordt een RUP goedgekeurd. De sloopwerken startten enkele jaren later. In juni 2006 schreef Het Nieuwsblad: “Pas in augustus starten de sloopwerken. Nochtans verplichtte een burgemeestersbevel de eigenaar om ten laatste eind mei de meest bouwvallige delen af te breken.”
“(…) Het bevel kwam er na een vernietigend verslag van de dienst Openbare Gezondheid en dienst Gebouwen. Anderhalve maand later is zo goed als niets veranderd.”

In maart 2008 meldt de krant De Standaard: ‘Schot in Alsberghe-Van Oost’: “De groep Optima Financial Planners neemt het project Alsberge-Van Oost over van Pierre Perelmutter. (…)”

pic Bea Lisa
pic Bea Lisa

Tot 2010 was er weinig bouwaktiviteit. “(…) omdat er problemen waren met bodemverontreiniging en verkavelingsvergunningen.” weet Het Nieuwsblad in november van dat jaar.
Verder: “In januari [2011] start Optima Financial Planners de eerste fase van het grootscheepse woningenproject(…).”

In 2014 was het project nog grotendeels in aanbouw. Bekijk de tussentijdse observatie van de bouwwerkzaamheden in Gent Cement.

Dat Optima in 2016 in zwaar weer kwam en de boeken neerlegde, deed deze zaak ook weer geen goed. In juni 2018 publiceren de curatoren van het faillissement dat het belang in Alsberghe-Van Oost verkocht is voor €863 095,18. Er staat niet bij aan wie.

Alle wooneenheden zijn nog maar relatief jongstleden beschikbaar gemaakt.

HET ARBEIDSPROCES VAN TOEN

Drongenaar André Herman is een [in 2006] 78-jarige ex-werknemer van Alsberge-Van Oost. Hij gaf ons een idee van het productie- en arbeidsproces: “Het katoen kwam meestal uit de Kleine Lys en de Grote Lys [La Lys van Felix-Joseph de Hemptinne aan de Groene Vallei] en werd gebleekt in grote kuipen met “vitriol” (zwavelzuur) en bleekwater. Vervolgens werden de stoffen gekookt; tot nachts bleven ze doorsudderen op een klein vuurtje. Wanneer de blekers de volgende ochtend arriveerden, moesten ze het katoen uit de kuipen halen en laten drogen.
Toen hij in de blekerij begon, waren er zeker dertig mensen aktief. Op het einde hadden veel arbeiders plaats moeten maken voor de machines en bleven ze nog met vijf of zes werknemers over. André stond altijd met “de vroege”. Hij begon rond 4 uur te werken, zodat hij om 12 uur naar huis kon om te voetballen of te turnen.
In de blekerij was het altijd nat. Veiligheid voor de werknemers bestond aanvankelijk niet. “Werken, werken en vuilen boel“.
“Vaak moesten de werknemers buitenlopen van de stank, omdat er een chemisch product werd gebruikt. Aanvankelijk werkte de fabriek met bleekwater op basis van stikstof. Om geen gas binnen te krijgen, moesten de arbeiders tegen de windinrichting in lopen.”
En over het einde in 1978: ” Er kwam geen goed meer toe. Alle vlas- en katoenfabrieken sloten, en wij hadden op den duur geen werk meer.”

Uit: ‘Dossier AVO – Een getuigenis uit de blekerij van AVO : interview met André
Herman (17110/2006)’ – een document van Ugent

Lees ook op deze blog:

Gent, met haar veranderende skyline (serie over de bouwprojecten in  2021)

 

 

Stoom aan de Coupure werd bier en fitness

(over Werkhuizen Van den Kerchove en Fabrieken Carels Gebroeders) 

 

Familie de Hemptinne

 

 

Hoe de Gentse textielreus ontstond

 

 

 Naar Facebook

Terug naar hoofdpagina

NAAR ARCHIEVEN

Lees ook op deze blog:

STAD – ARTIKELOVERZICHT 2019-2020-2021
OUDE GENTSE ENTREPRENEURS – ARTIKELOVERZICHT 2019-2020-2021