persblog.be – Verhalen uit en over Gent – naar hoofdpagina
Café ‘Boer Janssens’, Gentbrugge – Waargebeurd verhaal, staat letterlijk op de menukaart
VOLK/ STAD – 26 april 2025 – In café ‘Boer Janssens’ in Gentbrugge staat een waargebeurd verhaal letterlijk op de menukaart. De ingrediënten: een doodgestoken boer, na een idioot dispuut. Een alerte dochter. Een dader die wordt gevat maar vrijuit gaat (na voorhechtenis). Een melodrama dat zich afspeelt in april 1927…

Bijna een eeuw geleden – op woensdag 8 juni 1927 – verschijnt in dagblad ‘Het Volk’ een bericht over een moord. Emiel Janssens was het slachtoffer. De moord gebeurde in een landelijk stuk Gentbrugge, waar meersen, akkers en weilanden, bossen en grachten voor het lieflijke landschap zorgden. Dit zijn de hedendaagse ‘Gentbrugse Meersen’, in de oksel van de Schelde.
Het gaat hier over ‘Boer Janssens’, naar de originele eigenaar Louis Janssens. De hoeve of hof was toen al gekend als “lusttuin” voor vermaak van het volk. Je kon er paardrijden of – voor de kinderen – op een ezeltje zitten. Rond 1900 was daar een heuse “hippodroom”.
Echter, nog alvorens 1800 vond men er al een kleine hofstede.

In 1927 heette de boer Emiel. Met de Sinksendagen (Pinksteren) was er veel volk langsgekomen op de boerderij. Toen de dochter een paard naar de stal bracht, had ze gezien dat twee onbekenden, in ’t klaverland van het hof, klaver met een mes aan het afsnijden waren. Dit was diefstal.
’t Klaverveld lag vijfig meter achter het hof. De boer ging kijken. Hij vond er een man en vrouw die een tas vulden met het uitgetrokken klaver. Na een woordenwisseling pakte boer Emiel de tas af en stapte ermee naar het hof. De twee wilden hun tas terug en volgden de boer, al ruzie makend. Eenmaal aan het hof gekomen, kwam er een handgemeen. Daarop pakte de boer een stok en sloeg de man. Die repliceerde door zijn mes te trekken en boer Janssens in de borst te steken. Enkele minuten later stierf de boer. Hij was 48 en liet een weduwe en zes kinderen achter.
De moordenaar en de vrouw namen de benen. Echter, de dochter was getuige geweest en zou de dader herkennen. Er was méér. Blijkbaar had de vrouw – eigenlijk nog een meisje – tijdens de ruwe ontmoeting haar iets laten ontvallen over een (toevallige?) ontmoeting met de man, de dader, in het Baudelohof op dinsdagnamiddag. Misschien had ze dit gezegd in een poging om zich van de boosdoener te distantiëren? De dochter had dat in haar oren geknoopt. De politie werd hierover geïnformeerd en zou een hinderlaag spannen.
Op donderdag 9 juni 1927 verschijnt hierover opnieuw een bericht in dezelfde krant. De dader was op de vermelde afspraak verschenen en de politie had hem ingerekend. Zijn naam: Cyril Delmotte. Hij ontkende niet en verklaarde niet te weten dat het slachtoffer overleden was. Het meisje was zijn vriendin. Zij woonde in het Baudelohof. De dader kwam bij haar overnachten.
Voor de getroffen familie was het drama compleet, aangezien op het ogenblik van de feiten de boerin in het Sint-Josephgesticht aldaar van een zevende kind bevallen was. En ook dit nog: Na vijf maanden voorhechtenis moet de dader voor de rechter verschijnen. Die heeft hem vijf maanden voorwaardelijk gegeven, en hem vervolgens vrijgelaten.

Dit verhaal staat op de menukaart van café ‘Boer Jansenssens’, De geraadpleegde bronnen zijn dagblad ‘Het Volk’ en ‘Gentbrugge, acht eeuwen geschiedenis’ uitgebracht in 1993 door Marcel De Bleecker en Wilfried Patoor.
Bekijk ook op deze blog:
Lees ook op deze blog:

