STAD – Meer monumenten: de kroniek van de Sint-Pietersabdij


header copie - aangepast persblog.be - kopie (2)persblog.be – Verhalen uit en over Gent – naar hoofdpagina

pic Gravure Antonius Sanderus 1641

♦♦♦

De beschrijvingen van de Hotels d’Hane-Steenhuyse, Arnold Vander Haeghen, Van Goethem, van Oombergen, Falligan en de Pelikaan vind je in een vorige bijdrage in deze reeks ‘18e eeuwse stadspaleizen

De beschrijvingen van: de Spijkers en Korenmeterhuizen, alsook de Metselaarshuizen vind je in een vorige bijdrage in deze reeks ‘Wat je OOK NOG moet weten over Gentse monumenten.

De beschrijvingen van : het Gravensteen, het Duivelsteen, de Sikkels, belangrijke kerken en begijnhoven, Belfort, Stadhuis… vind je in een eerste bijdrage in deze reeks Wat je moet weten over Gentse monumenten‘. 

♦♦♦

Dit artikel is onderdeel van het dossier over ‘Gentse monumenten’

STAD 02 juni 2018 – Na de inval van de Vikingen werd de Sint-Pietersabdij machtiger dan de Sint-Baafsabdij. Als keizer Karel de genadeslag gaf aan deze laatste, was Napoleon Bonaparte diegene die de Sint-Pietersabdij de das om deed. Onder dit Frans Bewind heeft het stadsbestuur de abdijgebouwen compleet verminkt. 

Amandus stichtte de Sint-Baafsabdij en de Sint-Pietersabdij. Lees verder over de Sint-Baafsabdij

Muinkkaai – zicht op Sint-Pietersabdij

Het verhaal over Amandus schreven we al in de bijdrage over de Sint-Baafsabdij. Hoewel in den beginne niet geliefd bij de bevolking, zou hij hen pas hebben kunnen overtuigen van zijn christelijk gelijk toen hij na een nacht bidden een gehangene tot leven kon wekken. Dit verhaal werd pas twee eeuwen na zijn dood opgetekend en het is maar de vraag of dit klopt. Een ander verhaal geeft dan weer aan dat zijn populariteit steeg, nadat hij met het geld van de koning slaven had vrijgekocht. In elk geval werd hij in den beginne meerdere malen uit Ganda – waar Leie en Schelde samenvloeien – verjaagd en ontkwam hij telkens aan de woede van de bevolking door over het water naar zijn uitvalbasis Blandinus, de Blandijnberg, te vluchten.

De eerste abdij werd vermoedelijk in Blandinus opgetrokken. Later werd die bekend als Sint-Pieters. Pas daarna, toen hij door de inwoners van Ganda werd aanvaard, kwam daar een kerk en later een abdij, die al vrij snel bekend werd als Sint-Baafs.

We schrijven: de 7e eeuw, in de tijd van de Merovingische koningen, meer bepaald: Dagobert I en zijn zoon Sigibert III, voor welke de christianisatie van de noordelijk gelegen gebieden een middel was om hun orde op te leggen aan een bevolking die, ongelijk het zuiden, nog niet geassimileerd was met de Gallo-Romeinse cultuur. De grens van die twee culturen in het Merovingische rijk lag zowat in Saint-Amand-les-Eaux (toen Elnone), plek van waaruit Sint-Amandus zijn missie begon.

Terug naar hoofdpagina

Sint-Pieterskerk tijdens de- Floraliën
Klooster

De eerste Karolingische vorst Karel Martel ontbond de gemeenschap van Sint-Pieters en verdeelde de bezittingen onder zijn vazallen. Karel de Grote richtte de abdij opnieuw op in 811. Zijn opvolger Lodewijk de Vrome schonk beide abdijen aan Eginhard. Vanaf 819 zorgde hij voor een grote bloei van beide abdijen.

Vikingen

Toen de erfgenamen van het Rijk van Karel de Grote een broederstrijd uitvochten – wat grofweg tot het latere Frankrijk en Duitsland zou leiden – zagen de Vikingen vanaf de tweede helft van de 9e eeuw de kans schoon om het westelijk deel van West-Francia te bezetten. Ze bleven meer dan tien jaar in de Sint-Baafsabdij gekazerneerd en plunderden van daaruit de bevolking. De monniken waren gevlucht, terwijl de bewoners van Ganda vertrokken naar de plek die vandaag grosso modo het Sint-Baafsplein heet, en toen Gandavum genoemd werd.

Terug naar hoofdpagina

De Sint-Pietersabdij zou in 851 en 880 zijn aangevallen door de Vikingen. De Sint-Pietersabdij was het net iets minder slecht vergaan dan de Sint-Baafsabdij. Ze was toen veel kleiner en minder welvarend dan haar collega-abdij en dus minder aantrekkelijk voor de Vikingen. Niettemin gingen de kloosterlingen ook daar op de vlucht, maar kwamen tientallen jaren vroeger dan de Bavelingen terug. Na het vertrek van de Vikingen had Graaf Boudewijn II (de Kale) – zoon van Boudewijn I (met de Ijzeren Arm) en Judith van Vlaanderen – de kloostergronden voor zichzelf opgeëist.

De teruggekeerde Pieterlingen konden het goed vinden met de graaf, zodat ze de touwtjes in handen hadden op het ogenblik dat de Bavelingen terugkeerden naar Ganda. De Sint-Pietersabdij werd heropgebouwd met steun van de Vlaamse graven. Toen de Bavelingen begin de 10e eeuw aankwamen, waren ze hun glans en hun dominantie kwijt en dit zou zo blijven.

Arnulf en de Pieterlingen

De Sint-Pietersabdij kon ook bij haar expansie rekenen op de steun van de graven van Vlaanderen. Vanaf die tijd werden de leden van de grafelijke familie begraven in de abdij. Onder graaf Arnulf verwierf de abdij prestige in het koninkrijk en later werd het een belangrijke plek voor de graven van Vlaanderen omdat er de investituur ofte ambtsaanvaarding plaats vond. 

De eerste kloosterkerk was gewijd aan Petrus en Paulus. Onder Arnulf werd het een Benedictijnenklooster.

Terug naar hoofdpagina

Voor de komst van de Vikingen haalde de Sint-Baafsabdij haar prestige en inkomsten o.a. door haar schaalgrootte en door haar populariteit als bedevaartsoord. Pelgrims bezochten er het graf van Sint-Bavo en lieten vele giften achter.

Terwijl – in de eerste helft van de 10e eeuw – Arnulf I de Sint-Pietersabdij favoriseerde, gaf de graaf de Bavelingen slechts in beperkte mate hun gronden terug en plaatste hen onder het gezag van de Pieterlingen. In de 10e en 11e vochten de twee abdijen een vete uit.

Abdijtuin

11e, 12e eeuw: bloei

Tijdens de bloeiperiode van de 11e en 12e eeuw hadden de abten wereldlijke, geestelijke en rechterlijke macht in het Sint-Pietersdorp. Ze waren tegelijk onafhankelijk van de opkomende stad. Dit gold ook voor dat deel van het Sint-Pietersdorp dat, door de expansie van de stad, binnen de stadsmuren was komen te liggen.

Dit gebied binnen de stadsmuren lag tussen de Ketelpoort, de Kortrijksepoort, de Walpoort en de Heuvelpoort. Het volledige Sint-Pietersdorp strekte zich uit tussen Schelde en Leie – met inbegrip van Sint-Pieters-Aalst (‘Miljoenenkwartier’) en Sint-Pieters-Aaigem (stationsbuurt) en ’t Patijntje.

De Spanjaarden

De Sint-Baafsabdij kon een deel   van de verloren glans terugwinnen dankzij de steun van de Oost-Franken ofte Duitsers. Echter, midden de 16e eeuw kreeg ze de genadeslag van Keizer Karel.   Samen met de opkomst van de Calvinisten, kwamen de Beeldenstormers. Tijdens het regnum van zijn opvolger en kettervervolger Filips II werden in 1566 in Gent kerken, kloosters en abdijen aangevallen en geplunderd door Calvinisten. Het stadsbestuur trad niet op tegen de Beeldenstorm.

Kantienberg – zicht op abdij

De protestanten wilden de kerken zuiveren van alles wat verwees naar de heiligenverering. Alle beelden moesten weg. Men wilde soberheid als modus om terug te keren naar de essentie van het geloof. Ook de abdijen werden geplunderd. Opnieuw sloegen Beeldenstormers toe tijdens het eerste jaar nadat de Republiek was uitgeroepen in Gent. Het Calvinistisch Bewind liet de oude Sint-Pieterspoort of Heuvelpoort weer opbouwen met stenen van de Sint-Pietersabdij. Eerder was de Heuvelpoort uit 1430 afgebroken als onderdeel van de bestraffing van Gent door Keizer Karel.

Terug naar hoofdpagina

De Calvinistische Republiek werd   in 1577-1584 geïnstalleerd door   Jan van Hembyze en François de la Kethulle van Ryhove.

In tegenstelling tot andere kloosters in Gent – bv. de Dominicanen in   Het Pand, dat een opleidingsinstituut werd voor Calvinistische predikanten – kwam de kloosterlingen relatief goed weg   uit die Calvinistische periode, omdat ze het nieuwe geloof niet echt bestreden. Er waren zelfs leidinggevende figuren die voorstander waren van een versoberingsbeleid.

Sint-Pieterskerk

De grote kuis van “onnuttige” kloosters door de Oostenrijkse keizer Jozef II trof de abdijen niet. 

De Franse Revolutie en Napoleon

In 1796 ging de eeuwenoude autonomie van de Sint-Pietersabdij voor de bijl – net toen die opnieuw een hoogtepunt van haar macht genoot.

Een jaar na de aanhechting van onze contreien bij Frankrijk, confisqueerde Napoleon Bonaparte alle kerkelijke bezittingen, incluis die van de abdijen, en stelde hen daarna, op perfide wijze, in staat om hun eigendommen terug te kopen. De macht van de kloosters en kerken, alsook die van de abdijen werd gebroken. De lekenstaat was geboren. 

Het stadsbestuur verwierf nu de kloostergebouwen. Het huidige Sint-Pietersplein kwam er doordat het stadsbestuur in 1799 opdracht gaf tot het slopen van de parochiale Onze-Lieve-Vrouwekerk, en in 1811 voor de afbraak van de rechtervleugel van de abdij, de proosdij (bestuursgebouw) en de prelaatsgebouwen (de woningen van de bestuurders). 

Onze-Lieve-vrouwekerk – schilderij Jan van Doorsselaer 1733

In de overgebleven gebouwen kwam een kazerne. De gesloopte delen werden ingericht als paradeplaats en oefenveld. Pas in 1950 verlieten de militairen het klooster en besliste de stad om de Sint-Pietersabdij te restaureren. Daarbij werd ook het terrein voor het klooster genivelleerd, waardoor het reliëf tussen wat rest van het klooster →

 

Sint-Pietersplein – pic Gent-geprent

→ en het Sint-Pietersplein geen correct beeld meer geeft van de oorspronkelijke situatie. F.D.

De rivaliserende kloosters betwistten elkaar het eerstgeboorterecht. Ze waren er ook altijd op uit om elkaar de loef af te steken inzake bedevaarten en vereringen, wat pelgrims lokte en in inkomsten voorzag. Ze ontzagen daarbij niets. Ze vervalsten hun oorkonden en overtroefden elkaar met valse relikwieën en dito heiligen. De heilige Amelberga van Sint-Pieters en de heilige Lieven van Sint-Baafs waren allicht nooit heiligen geweest. Ze dienden om het aanzien van de abdijen te verhogen. Hierbij werd flink aan ‘marketing’ gedaan. Zo bekwam de Sint-Pietersabdij in 1330 van de bisschop van Doornik dat een plechtige feestdag werd ingeroepen voor de heilige Amelberga. Gentenaars die op die dag de abdijkerk bezochten, verwierven veertig dagen aflaat (vrij vertaald: ‘vrij van zonden’). De Bavelingen van hun kant hadden dan weer jaarlijks een ongeziene processie voor Sint-Lieven tussen Gent en Sint-Lievens-Houtem. Deze traditie wortelde in de 11e eeuw. Keizer Karel schafte ze af, omdat ze al eeuwenlang het voorwerp was van ongeregeldheden.

Méér over Amandus

Bronnen: 

Waar is de tijd; Gent, 1350 jaar Gentenaars en hun rijke verleden, Waanders/Diogenes, s.d.

Gids voor Oud Gent, Standaard Uitgeverij, Guido Deseyn, 1984 

Gent, De kracht van een stad, Johan Van de Wiele, 2016.

Lees ook op deze blog: Gent had ooit groot domein in Londen

Amandus stichtte de Sint-Baafsabdij en de Sint-Pietersabdij. Lees verder over de Sint-Baafsabdij

 

 

Terug naar hoofdpagina

NAAR ARCHIEVEN

Naar Facebook

Lees ook op deze blog:

Wat je moet weten over Gentse monumenten (deel 1 in die reeks)

Wat je OOK NOG moet weten over Gentse monumenten (deel 2 in die reeks)

18e eeuwse stadspaleizen (deel 3 in die reeks)

STAD in 2016 - ARTIKELOVERZICHT
STAD in 2016-2017-2018 – ARTIKELOVERZICHT