STAD – Beleef het hier: het Industriemuseum


header copie - aangepast persblog.be - kopie (2)persblog.be – Verhalen uit en over Gent – naar hoofdpagina

beleef het Industriemuseum alsof je er zelf was

STAD/ EVENT/ ENTREPRENEUR –  02 oktober 2018 – Het vroegere MIAT – thans Industriemuseum – was tot 1975 de katoenspinnerij Desmet-Guequier die onder het bewind van de familie Hebbelynck een grote bloei kende.

Tijdens het afgelopen weekend heropende dit vernieuwde museum de deuren. Het thema textiel werd uitgebreid naar industrie, maar de hoofdexpositie in het museum gaat nog steeds over textiel. Het vernieuwde museum brengt het verhaal echter niet louter technologisch. Het wordt aangevuld met de sociaal-maatschappelijke dimensie.

1650-1800 – Arme boerenfamilies werken in de wintermaanden thuis aan hun spinnewiel en weefgetouw. Vlas wordt tot draad gesponnen. Daarna wordt de draad gebruikt om lijnwaad te weven. Handelaars – vaak actief op de Vrijdagmarkt – kopen de stof op. Vooral in Spanje en haar kolonies zijn de stoffen gegeerd. Ondernemers richten in de stad grote ateliers op, waar ze de productie centraliseren. Maar alles is nog handwerk. Om de werktuigen aan te drijven, is er alleen natuurlijke kracht: wind, water of de spierkracht van mens en dier.

1800-1870 – Tot dan toe wordt wollen en linnen kledij gedragen. Dan wordt katoen uit Indië populair. Britse ondernemers nemen de wereldwijde handel en productie van katoen in handen. Stoomkracht, technische verbeteringen en nieuwe machines zorgen er voor de het katoen een hoge vlucht neemt. Gentenaar Lieven Bauwens smokkelt machines naar het vasteland en richt textielfabrieken op. In korte tijd is ook Gent een industriestad. Kleine boeren trekken naar de stad. Vaak omdat hun boerderijtje veel te weinig opbrengst heeft. Na mislukte oogsten midden de 19e eeuw, met hongersnood als gevolg, komt er een ware migratiestroom op gang van het platteland naar de stad. De industrie trekt aan. Vrouwen en kinderen gaan mee werken in de fabriek. Arbeiders en hun gezinnen wonen in beluiken. De armoede is groot. Er komt verzet.

Het museum kreeg een fonkelend nieuw jasje aangemeten. De beleving is maximaal. Met het onderbrengen van ’tijdperken’ in aparte informatie-eilanden, en door het brengen van geënsceneerde getuigenissen in animatiefilmpjes, brengt het Industriemuseum een bijzonder boeiend spektakel. Niet enkel de technologische, maar ook de sociaal-maatschappelijke aspecten worden in de verf gezet.

 

Lieven Bauwens bij zijn gesmokkelde machine – in het Industriemuseum – pic-wikipedia.org
Industriestad Gent

1770-1950 – België is de vijfde economische grootmacht in de wereld. Textiel en machines uit Gent hebben wereldfaam. Gent krijgt de bijnaam ‘Het Manchester van het vasteland’. Nieuwe uitvindingen zien het licht. Productiviteit is een belangrijk gegeven voor de bazen. De machines drijven het werkritme op. De arbeiders strijden voor meer rechten. De machines zijn gevaarlijk, de lonen laag, de werkdagen lang, de huurhuizen van hun bazen in de cités bouwvallig. Er komen vakbonden.

Twaalfkameren – cité ofte beluik
Dagblad Vooruit 18 maart 1968

Na 1950 – De textielindustrie gaat langzaam teloor. In de jaren ’60 komt er nog een korte bloeiperiode. Er ontstaat een groot aantal KMO’s in de sector. Gastarbeiders uit Turkije en Noord-Afrika komen het personeelstekort lenigen, want de Belgen vinden de sector te onderbetaald en te riskant op het vlak van baanbehoud. Na de oliecrisis van 1973 sluit de ene fabriek na de andere. Van de mastodonten in de sector van weleer, is het UCO die de laatste deur sluit, met name: die aan de Maisstraat. F.D.

 

In het Industriemuseum is tevens een afdeling druktechnieken

Terug naar hoofdpagina

Naar Facebook

 

Lees ook op deze blog:

STAD in 2016 - ARTIKELOVERZICHT
STAD in 2016-2017-2018 – ARTIKELOVERZICHT
STAD in 2016 - ARTIKELOVERZICHT
EVENT in 2016-2017-2018 – ARTIKELOVERZICHT

Extra persblogbe - Gentse Entrepreneur - kopie (2) - kopiepersblog.be extra – Gentse Entrepreneur